Piramiden; Ruïnes uit de Voortijd?

Edcar Cayce – een beroemd Amerikaans helderziende – vertelde dat oeroude wetenschappers al rond 10.400 voor Christus met het ontwerp voor de zogenaamde piramide van Cheops waren begonnen en dat in het ontwerp veel astronomische kennis is verwerkt. Die gedachte is niet zo heel  vreemd; In “Asclepius III”  van de Hermetische teksten zegt  de Egyptische godheid Thoth tegen zijn leerling Asclepius: “Wist gij niet, Asclepius, dat Egypte naar het evenbeeld van de hemel is geschapen?” Asclepius, door de oude Grieken genaamd Imhotep, was astronoom en tevens de architect die de eerste piramide van Sakkara ontwierp.

wikipediacommons-piramids-egypt-thumb
Foto; http://commons.wikimedia.org/wiki/Category:Pyramids_of_Egypt

De astronoom Thoth
Aan de godheid Thoth worden een aantal verbazingwekkende boeken toegeschreven die, onder andere, gingen over de bewegingen van de sterren, zoals te zien vanaf de aarde. Die boeken zouden ergens opgeslagen hebben gelegen in Heliopolis. Heel wat onderzoekers beweren dat die plaats; de zogenaamde “Hall of records”, ergens in de buurt van de Sfinx op het Gizeh plateau moet liggen.

Een verhaal over die plaats in Heliopolis staat te lezen in de Westcar-papyrus;
De vierde zoon van Farao Cheops  (prins Djedefre) – was eens in gesprek met zijn vader; Cheops was op zoek naar ‘het getal’ van de nissen of kamers van het heiligdom van Thoth. Djedefre had een oude priester bij zich die ‘Djedi’ heette. De man was 110 jaar oud en bezat veel kennis. Cheops vroeg Djedi of hij het getal kende maar de priester antwoordde dat hij het precieze ‘getal’ niet kende, maar wel wist waar de papyrus zich bevond. Hij vertelde Cheops dat de papyrus in een kist voor (vuur?)stenen lag, welke zich bevond in een ruimte met de naam “Revisie” of “Archief”, in Heliopolis. Helaas is de rest van het verhaal in de Westcar-papyrus onleesbaar, zodat we de afloop van het verhaal niet kennen.

Wie bouwden de piramiden?
Wie bouwden eigenlijk die piramiden op het plateau van Gizeh? Hoewel ze door hedendaagse wetenschappers worden toegeschreven aan Farao’s, vertelden de oude Egyptenaren dat ze waren gebouwd door de goden en halfgoden (genaamd; ‘Piromis’) zelf, in het tijdperk dat ‘Zep Tepi’ wordt genoemd. Ze vertelden dat na de grote vloed, toen de aarde weer wat droger werd, de top waarop de piramiden staan als eerste weer boven het water uitkwam. Sindsdien beschouwde men die plaats als de navel of het centrum van de wereld.

De Egyptenaren vertelden;
Ptah, de schepper, had de Aarde beloofd om haar Heer Hemel tot echtgenoot te geven. Na zeven dagen kwam Hemel naar beneden en daalde neer op Moeder Aarde…De Zee (Poseidon?) ontstak hierover in grote woede. Moeder Aarde maakte toen en een grote berg en die gaf zij aan de Zee tot zetel. Zee besteeg zijn troon en eiste schatting van Aarde; een groot aantal kisten met goud, zilver, turkoois en lazuur. Maar hoeveel ze aan de Zee ook gaven; nooit was hij tevreden. Steeds opnieuw was Zee erop uit om Moeder Aarde en haar bergen te overspoelen. Daarop trok de weergod Seth tegen Zee ten strijde en bevocht hem met zijn bliksemwapens en bulderde tegen hem. Toen kalmeerde de zee en kwam hij tot bedaren.” (Bron; Egyptische Sprookjes, uitgegeven door Bruna en Zn.)
Herodotus schreef over die oude periode van vóór Menes het volgende; “In dien tijd nu, zeiden zij, was de zon viermaal niet uit haar gewone plaats opgegaan: waar zij nu ondergaat, daar was zij tweemaal opgegaan, en van waar zij nu opgaat, daar was zij tweemaal ondergegaan…”

De oorsprong van de Egyptische cultuur lag veel verder terug in de tijd
Volgens Manetho (285-246 v. Chr.), een Egyptische priester die tevens Grieks sprak, lag de oorsprong van de kennis in het oude Egypte veel verder terug in de tijd; voor Menes  (3.100 v. Chr.) – de eerste Faro van die nieuwe tijd na de vloed – lag volgens hem een periode van 28.927 jaren van een verloren beschaving waarin goden en halfgoden het volk hadden geregeerd. De aanvang van de Oud Egyptische beschaving lag dus; 3.100+28.927+2011 jaar geleden terug; in totaal dus 34.038 jaar geleden.
In 29.000 jaar kan men heel wat dingen ontdekken, zeker ingeval het land goed wordt bestuurd en er wetenschappers worden opgeleid. In het Oude Egypte uit de Voortijd, werden heel wat metingen gedaan met betrekking tot de sterren, de zon en de maan. Zij verdeelden de sterrenbeelden in van de dierenriem in 12 delen en wisten al dat de zon 2160 jaar (72 maal 360) nodig had om door 1/12 deel van de dierenriem te komen.

2160 jaar x 12 is 25920 jaar; genaamd een Precessie.
Hierbij mat men niet direct de zon maar de heliakische opkomst van de ster Sirius boven een bepaald punt aan de Horizon; ‘’Bij een jaar van 365 dagen, kwam de ster Sirius per vier jaar; 1 dag later op”*. Met een denkbeeldige cirkel van 360 (dagen per jaar) in graden per astronomische observatieronde duurt dat 1440 jaren (van 360 dagen) voordat de cirkel van 360 graden is voltrokken en Sirius weer, ongeveer, op zijn oude startpunt is aangekomen. En aldus berekende men de rotatie van de aarde om zijn as (een dag en dacht) in 1440 minuten (is 24 uren). (De vermenigvuldigingsfactor voor een Precessie van 25920 jaren is 18. Een tandwiel met 18 tanden wordt ook gevonden in het astronomische mechanisme van Antikythera; 24x18x60=25920 jaar. 360 dagen/graden gedeeld door 4 = 90graden x1440= 129600:60= 2160 jaar).
(“De Hemel equator lag toen (ten tijde van de bouw)- op de geografische breedte van de piramide van Cheops – op een hoogte van 60 graden en 1 minuut boven de zuidelijke Horizon.”*)Met de Olympische spelen (eenmaal in de vier jaar) werd dus mogelijk oorspronkelijk de verschuiving van de ster Sirius gevierd? (*Bron; “Het Orion Mysterie’’ geschreven door R. Bauval en A. Gilbert.)

Waarom Sirius?
Na het passeren van dit punt begon het Nijlwater te stijgen en werden de akkers langs de Nijl overspoeld met vruchtbaar slib. Men mat niet alleen met meetstokken; er werd ook gemeten met waterklokken want hoewel men de getijden van het water op aarde toeschrijft aan de bewegingen van de Maan, verklaart de aantrekkingskracht van de Maan niet volledig de stijging en daling van het water op aarde. Wellicht is er nog een andere factor in het hemelse spel? Hoewel de piramiden dus een grote astronomische kennis in zich verbergen; het doel waarvoor men de piramiden bouwde hoeft niet alleen maar dat astronomische doel te zijn. Mogelijk hadden ze ook nog een andere functie want…

Menes, (van Moeris) bouwde piramiden in het Moeris meer
Die Piramiden in het meer brachten zilver in de schatkist;
‘Moeris bouwde piramiden in het meer; die piramiden waren in totaal 100 vadem hoog; 50 vadem van hun hoogte lag onder het water van het meer en 50 vadem van hun hoogte stak boven het water uit.’ Honderd vadem is 182,88 meter. Het water in het meer werd aangevoerd vanuit de Nijl door middel van een kanaal; ‘Zes maanden lang stroomde het water in het meer en zes maanden lang stroomde het water uit het meer. Wanneer het water wegstroomde bracht het iedere dag een Talent* zilver in de schatkist. Wanneer het water erin stroomde bracht het dagelijks twintig Minen** in de schatkist.’ Bron: Herodotus II; 149, op website http://www.koxkollum.nl/herodotus/boek02b.htm

Even een rekensommetje
*Zes maanden lang iedere dag een Talent* (=34,2 kilo) zilver is 182,625 dagen  x  34,2 kilo zilver is totaal 6.245,775 kilo zilver per half jaar.
**Minen**; 6000 drachmen = 1 talent = 60 mna gedeeld door 20 mna is 1/3 talent = 2081,925 kilo zilver. Per jaar dus; 6.245,775 kilo plus 2.081,925 kilo is totaal 8.327,70 kilo zilver.
Om de god van de smeedkunst te eren, bouwde hij (Menes van Moeris) een tempel bij het meer; de tempel van Hephaestus (bij de Romeinen genoemd Vulcanus). Menes bouwde Memphis als hoofdstad van het nieuwe rijk (Zie voetnoot 1).

De Nijl, de piramiden en het placerzand
Gaat het hier over zilver- en goudwinning en smeedkunst? In de oevers van de Nijl was veel goud te vinden. Dat feit kunnen we al lezen in de Bijbel; het boek Genesis en het boek Job (zie voetnoot 2). We weten dat de Egyptenaren vroeger geen gebrek hadden aan goud en zilver; alleen al het totaal aan grafgiften in het graf van Tutankhamun bevatte tweemaal zoveel goud als de Bank van Engeland toen in zijn bezit had. De Oude Egyptenaren waren goed op de hoogte van alle metallurgische processen die ze nodig hadden om metalen te kunnen zuiveren en te mengen met andere metalen. Ze waren meesters in het edelsmeden: het dodenmasker van Tutankhamun is van massief goud gemaakt en het is werkelijk een meesterwerk van vakmanschap.

nile-river-wikip-thumb
Langs de Nijl lagen heel wat vindplaatsen van placer goud: foto van Wikipedia bestand; Egypte.

Gouddeeltjes in sedimentlagen
In welke vormen vonden ze het metaal en hoe verwerkten ze het eigenlijk? We weten dat ze het vonden in de zogenaamde placer; een sediment afzettinglaag die bestaat uit zand en grind. Het goud kwam daarin voor als kleine schilfertjes, als stofgoud en als kleine klompjes die ze zeefden uit het zand van de rivier de Nijl (in het Nijl gebied werd in 1895 na Chr. nog steeds goud gewonnen; in ondiepe putten langs de Nijl maakte men de zanden los waarna het mengsel van zand en grind in houten tonnen werd gewassen) en de Wadi’s. Wadi’s zijn rivierbeddingen in de woestijn; in de regenperiode vullen deze Wadi’s zich periodiek spontaan met regenwater; heel veel regenwater. Het water kolkt dan met enorme kracht door de voorheen droge dalen waardoor onoplettende toeristen zelfs vaak komen te verdrinken! Die Wadi’s zijn te herkennen aan de rondgeslepen kwartskeien in de uitgeslepen beddingen. Puur 24 karaats placer goud is erg zacht en gemakkelijk tot bladgoud te bewerken. Dat goud gebruikten ze onder andere om houten beelden ermee te bekleden. Ze hamerden het pure zachte goud tussen koeienhuiden tot een flinterdun vel goud en smeerden de houten beelden in met een soort lijm. Het flinterdunne goud werd dan op het beeld gewreven. Maar meestal wordt het goud niet in die pure vorm gevonden. Vroeger gebruikte men dierenhuiden om stofgoud uit het water te halen; de gouddeeltjes bleven eraan vastkleven. Wanneer je zoiets op een grootschalige en rendabele manier wilt doen, moet je er een industrie voor opzetten; de piramiden?

zwarte-piramide-amenemhetIII-google-earth-thumb
De locatie van een andere piramide; de zwarte piramide. Rondom liggen waarschijnlijk de resten van een metaalbewerkers dorp. Een van de werkplaatsen van Hephaestos/Vulcanus?

De oude loop van de Nijl verlegd vanwege goud en zilver winning?
De rivier de Nijl liep heel vroeger dus anders dan tegenwoordig; hij liep met een bocht, langs de zandige bergen, in de richting van het huidige Libië. Menes damde de Nijl af en verlegde de rivier door middel van een kanaal (een mega job en mogelijk verwijst een passage in het boek Job zelfs naar hem; zie voetnoot 2, de Farao was in een klap beroemd!) naar zijn nieuwe bedding. Toen dat karwei voor elkaar was, bouwde hij op het nu verkregen stuk land (waar voorheen het water van de Nijl stroomde) zijn grote stad Memphis (de naam komt van Men-nefer). Om de stad groef hij een groot meer dat hij verbond met de Nijl. In het meer bouwde hij Piramiden waarin het water  in en uit kon stromen. Het is niet onmogelijk dat ook de piramiden op het plateau van Gizeh bij het water waren gebouwd. Alleen ligt de periode waarin ze dan zijn gebouwd, veel verder terug in de tijd. Alternatieve archeologen berekenden al die mogelijke periode; nog voor het einde van de laatste ijstijd, zo’n 14.000 jaar geleden. Dat deden ze door de oude loop van de Nijl te berekenen; die liep toen mogelijk pal langs de piramiden op het huidige Gizeh plateau. Waarschijnlijk stond er toen ook water in de grote put onder de grote piramide (nu toegeschreven aan Cheops).

Hoe zouden de piramiden gebruikt kunnen zijn?
Over Archimedes wordt verteld dat hij ooit iets groots en zwaars op een kar laadde en het meenam naar zijn huis. Niet veel later beschreef hij de eerste Archimedes schroef. Is het mogelijk dat het oorspronkelijke object een oude schroef was uit een van de piramiden? Zo heel ver gezocht is dit niet; de schuine schacht in de piramide van Cheops heeft een hellingshoek die een Archimedes schroef optimaal kan laten werken. Zou dat toeval zijn of is dat zo berekend? En als dat zo berekend is; wat bracht men dan omhoog met die schroef? Water uit het placerzand met deeltjes goud erin? Dan zou men alleen maar een dierenhuid en een bezinkingsvat hoeven te hebben om de gouddeeltjes te oogsten. Terecht merkten wetenschappers al op dat de schuine schachten in de piramiden niet waren bedoeld om in te lopen; de helling was te stijl en te glad. In de zijkanten van de grote galerij zit een richel met vierkanten gaten, alsof hier iets verankerd zat wat men er later uitsloopte? Waren de gaten bedoeld als verankeringsgaten voor de behuizing van de draaiende schroef? In dat geval is het Nijl gebied het oudste industrie gebied voor edelmetaal, zoals nu bekend op aarde.

turijnse-papyrus-tekst1-thumb
De Turijnse papyrus: op de kaart rechtsboven staat de Tombe van Amun van de Zuivere of Heldere Berg of te wel De heer van de Beide Landen vermeldt: de plaats heet nu Memphis en was de hoofdstad van de oude Egyptische rijk. De wegen op de kaart zijn dus mogelijk de wegen in het gebied van het oude Rostaoe, de oude dodenstad in de buurt bij Memphis. Het gebied rond het meer van Moeris noemde men vroeger namelijk in het Egyptisch ‘Phiom’; ‘de Zee’. Tegenwoordig noemt men het gebied Faiyum. De weg van Tent-p-Mer is waarschijnlijk een Wadi waarin – door de werking van grote hoeveelheden regenwater – rondgeslepen kwarts keien liggen.

moeris-meer-wikip-thumb
Het Natron meer van Moeris waarin Menes zijn wonderlijke piramiden bouwde. Illustratie van Wikipedia commons.

Conclusie
Het is dus mogelijk dat de Egyptenaren erin slaagden om een goedlopende industrie voor goud en zilverwinning op te zetten. Als we kijken naar de enorme hoeveelheden goud en zilver die er toen circuleerden, is dat ook misschien de enige juiste conclusie. Hoe deden ze dat dan wel? Een hint naar die industrie staat te lezen in de Turijnse Papyrus: men delfde de goudhoudende grond en zeefde het goud eruit in de rode bergen. Is het mogelijk dat die rode bergen de beroemde Piramiden waren?

Voetnoten
Voetnoot 1
Wat Manetho vertelde over Memphis;
Manetho noemde Memphis; Hwt-ka-Ptah wat betekent; het huis van de Ka van Ptah. Ptah/Peteh/Ta-tenen of Tathenen betekent; ondergelopen land/verrezen land en de naam Ptah had betrekking op het gebied van Memphis. Ptah zelf werd Amun genoemd; hij was blijkbaar een geweldig waterloopkundige architect. Maar hij blonk niet alleen uit in kanalen en havens; Ptah bracht Egypte ook de kunst van het pottenbakken, beeldhouwen en, jawel; de smeedkunst. Noemden de Grieken hem; Hephaestus?
Voetnoot 2
Bijbel: het boek Job; Job 28:1-28: “…wanneer gij het gouderts wegwerpt in het stof, het goud van Ofir op den rotsgrond der beken…” en “Er zijn wel oorden waar men zilver te voorschijn brengt en plaatsen waar men het goud wast. IJzer wordt uit den grond gehaald, en steen smelt men tot koper… men boort (!) een mijnschacht ver van waar mensen wonen, zonder steun voor den voet hangen zij. Het gesteente is de vindplaats van lazuursteen dat goudstof bevat… De mens; de bronnen der stromen (de Nijl?) damt hij (Farao Menis van Moeris?) af en hij brengt het verborgene aan het licht.”

(Geschreven door N. Quist)

Linken met betrekking tot dit onderwerp
De Papyrus van Turijn
http://en.wikipedia.org/wiki/Turin_Papyrus_Map
Crocodilopolis
http://en.wikipedia.org/wiki/Crocodilopolis
Menes van Moeris
http://en.wikipedia.org/wiki/Menes
Moeris meer
http://en.wikipedia.org/wiki/Lake_Moeris
Faiyum oasis
http://en.wikipedia.org/wiki/Faiyum_Oasis
http://en.wikipedia.org/wiki/File:Fayyum_txu-oclc-6949452-nh36-9.jpg
Lijst met locaties van Piramiden
http://en.wikipedia.org/wiki/List_of_Egyptian_pyramids
Mijnbouw in Nubië
http://en.wikipedia.org/wiki/Arabian-Nubian_Shield
Boek herodotus over Egypte
http://www.koxkollum.nl/herodotus/boek02b.htm
Edcar Cayce
http://en.wikipedia.org/wiki/Edgar_Cayce